Hoogsensitiviteit, eigenlijk is 'het enige essentiële kenmerk' daarvan diepgaande verwerking
Nu is het natuurlijk wel zo dat dat behoorlijk wat consequenties kan hebben. Plus het kan ook nog zijn dat je daarnaast HB bent of dat er regelmatig gezegd wordt dat je ‘toch wat autistisch reageert’.
Wat ik de laatste (17) jaren geleerd heb over HB, autisme en (gaandeweg ook over) HSP én de nascholingsdag over HSP heb ik hieronder neergeschreven. Daarbij staat er per onderwerp een vergelijking/onderscheidt tussen deze drie (HSP-HB-Autisme). Dit voor een beter begrip van allen, niet om meer oordeel te scheppen. Het is nooit zo zwart wit als dat het hier staat.
Onderstaande schrijven is een samenvatting van twee artikelen. De link naar het artikel staat vermeld na de samenvatting. Tussen gevoegde onderwerpen/ aanvullingen hebben direct de vermelding van het artikel/site. De schuingedrukte teksten zijn aanvullingen van mijzelf. Dit naar aanleiding van de nascholingsdag Hoogsensitiviteit én de vele boeken die ik gelezen heb over autisme en hoogbegaafdheid. Daarnaast ben ik ervaringsdeskundige op dit gebied en behandel in mijn praktijk veel mensen die hoogbegaafd en/of hoogsensitief zijn, of autisme hebben. Inge Burgerhof, Culemborg.
Een samenvatting van het interview van Catherine Ongenae met Elke van Hoof.
Elke van Hoof: ‘Scans bewijzen het: ze dénken anders.’
‘Ons onderzoek toont aan dat mensen met hoogsensitiviteit (HSP) de wereld op een andere manier beleven dan mensen die de eigenschap niet hebben.’
‘Men neemt hoogsensitiviteit niet altijd ernstig. Nochtans is het nodig. Uit onze research blijkt dat veel HSP’ers last hebben van angst en depressie, van werkstress en van stress in het algemeen. Dat geldt niet voor elke HSP’er, maar er is een verhoogde kwetsbaarheid. Omdat het concept zo weinig ingeburgerd is, loopt er nog veel verkeerd in de hulpverlening. Zo worden hoogsensitieve kinderen of jongvolwassenen foutief als autistisch gediagnosticeerd, terwijl er een duidelijk verschil is tussen de twee. Of stevenen HSP-volwassenen op een burn-out af omdat ze hun grenzen niet kunnen bewaken en zichzelf wegcijferen. Veel HSP’ers krijgen ook te maken met pesterijen.’
Op basis van ons onderzoek zien wij dat het enige essentiële kenmerk van hoogsensitiviteit diepgaande verwerking is. Daaruit kunnen een aantal andere eigenschappen voortvloeien, zoals overprikkeling of emotionaliteit of subtiliteiten waarnemen. Maar niet noodzakelijk bij iedereen, zoals wordt gezegd.
Simpel uitgelegd heeft een niet-HSP’er een filter in het informatieverwerkingssysteem in de hersenen. Afhankelijk van welke activiteit hij uitvoert, beslist de filter welke informatie er binnenkomt. Die gefilterde informatie wordt verwerkt in de hersenen. HSP’ers hebben die filter niet: alle prikkels komen op eender welk moment binnen. Over hoe dat precies in zijn werk gaat, bestaat er nog geen solide wetenschappelijk onderzoek. Maar wat we wel zien, is dat de hersenen van HSP’ers onder de fMRI-scanner bij een bepaalde opdracht in meer gebieden oplichten dan die van de niet-HSP’ers. Dat noemen we diepgaande verwerking. HSP’ers denken dus niet zoals niet-HSP’ers. Hun hersenen functioneren anders. Hoogsensitieve mensen krijgen daardoor vaak te horen dat ze de dingen te complex maken, dat ze veel te ver gaan met hun interpretaties. En omdat ze tot een minderheidsgroep behoren, zijn ze ‘raar’.
Dit komt overeen met mensen die hoogbegaafd zijn, echter hoogbegaafde mensen kunnen door hun intelligentie alle informatie ook snel verwerken. Hoogsensitieve mensen die niet hoogbegaafd zijn hebben meer verwerkingstijd nodig. Beide willen informatie diepgaand en volledig verwerken, alvorens daar mee verder te willen/kunnen gaan.
Mensen met autisme filteren de informatie ook slecht. Het verschil is dat zij de informatie niet diepgaand willen verwerken. De hoeveelheid prikkels wordt niet verwerkt in het brein, maar geeft wel een gevoel van chaos en zorgt daarmee voor overprikkeling.
Samenvattend. Bij veel informatie die tegelijk aangeboden wordt:
Hoogsensitiviteit is niet hetzelfde als hooggevoeligheid.
Beide begrippen worden vaak door elkaar gehaald, maar er is een belangrijk verschil. Hoogsensitiviteit gaat over het aantal prikkels dat binnenkomt in de hersenen. Hooggevoeligheid daarentegen is een emotionele reactie. Hoogsensitieven kunnen overemotioneel reageren, maar het is geen bepalende factor voor hoogsensitiviteit.
Er zijn wellicht meer mensen hooggevoelig dan hoogsensitief. Hooggevoeligheid voor geluiden, voor licht of voor externe prikkels, blijkt dikwijls een symptoom van de preklinische fase van burn-out. De snelheid waarmee informatie op ons afkomt, maakt dat onze hersenen overprikkeld raken, dat hoofd- en bijzaken niet meer van elkaar onderscheiden kunnen worden, waardoor het stressbrein in gang schiet. Dat soort overprikkeling kan dus een teken van verhoogde stress zijn, maar niet noodzakelijk van hoogsensitiviteit. Het kan ook een symptoom zijn van een psychiatrische aandoening. Uit: https://www.lannoo.be/sites/default/files/books/issuu/9789401426695.pdf
Dit ondersteunt de vorige vergelijking. Elke van Hoof vertelt in een korte video wat hoogsensitiviteit is en wat het verschil is met hooggevoeligheid: https://www.youtube.com/watch?v=oHUg013Gip0
Het voordeel van de eigenschap is dat mensen met HSP met eenzelfde hoeveelheid informatie veel meer zouden kunnen doen. Afhankelijk van hun intelligentie zien ze sneller patronen. Ze zijn dikwijls creatiever, en ze zijn in staat om meer non-verbale signalen op te pikken. De keerzijde van de medaille is overprikkeling, het risico dat men alles veel persoonlijker opneemt, en mogelijk communicatieproblemen met niet-HSP’ers. Wie zich bijvoorbeeld niet bewust is van het feit dat hij anders denkt, krijgt zijn analyses niet altijd verkocht. Op het werk worden ze ook niet altijd ernstig genomen. In mijn praktijk hoor ik geregeld verhalen van HSP’ers die erg goed zijn in hun werk, maar wier innovatieve ideeën worden weggelachen. Twee jaar later horen ze iemand anders die ideeën formuleren, en die scoort dan wel. Erg frustrerend.
Dit geldt voor zowel mensen die hoogsensitief zijn als voor mensen die hoogbegaafd zijn. Dit heeft te maken met de diepgaande verwerking van de informatie.
Een van onze bevindingen is dat HSP’ers heel ontvankelijk zijn voor wat men in de psychologie ‘differentiële susceptibiliteit’ noemt. Dat is niet specifiek aan HSP, het is ook in andere domeinen erg belangrijk. De positieve of negatieve invloed van een omgeving is doorslaggevend bij HSP’ers.
Uit ons onderzoek kun je afleiden dat hoogsensitiviteit geen kwestie van alles of niets is, en dus zeker geen label.
De persoonlijkheid van een mens heeft meer dan één facet. Je kunt extravert zijn, maar daarnaast nog veel andere dingen. Je kunt hoogsensitief zijn, maar de mate waarin dat een probleem zou kunnen zijn, wordt beïnvloed door andere persoonlijkheidskenmerken, en door de manier waarop je omgaat met de uitdagingen in je leven. Net zoals een persoon met autisme niet per definitie iemand is die alleen maar probleemgedrag vertoont. Daarom spreek ik ook niet graag over HSP’ers, wel over personen met HSP – ze bezitten nog andere kenmerken dan HSP.
Dit geldt eigenlijk voor iedereen en voor alles: Blog Why Worry?
https://www.facebook.com/notes/begrip-door-inzicht-kinesiologie/wat-is-normaal-en-vanuit-welk-perspectief/974017239436028/
Uit observatie en vanuit mijn praktijk, waar ik vaak met HSP-kinderen werk, heb ik geleerd dat hoogsensitieve kinderen de wereld in hun eigen tempo verwerken. Jammer genoeg zijn er veel kinderen die dat niet mogen doen en in een ander traject worden gedwongen. Voor HSP-kinderen is dat niet de beste strategie. Als ze overprikkeld raken, worden ze mogelijk agressief. Op hen inpraten en straffen heeft geen zin. Als je hoogsensitieve kinderen op momenten van conflict even met rust laat, kalmeren ze sneller. Ook hebben kinderen met HSP een kader nodig. Ze willen weten waarom men iets van hen verwacht, en ze willen inspraak. Door hen structuur te bieden en hen in het overleg te betrekken, kun je veel problemen omzeilen.
Op iemand inpraten en straffen wanneer die overprikkeld is, heeft nooit zin. Daniel Siegel heeft in zijn boek: ‘Het hele kind, het hele brein’ een hele goede uitleg gegeven wat je wel kunt doen. Namelijk eerst tot rust laten komen (waar jij bij ‘aanwezig’ bent), dan het verhaal aanhoren (benadering van de rechter hersenhelft) en daarna (wanneer de persoon weer rustig is) eventueel het gesprek aangaan (aanspreken van de linker hersenhelft).
Er kan wel een verschil zitten in wat de mensen in dit geval vaak nodig hebben.
Op dit moment krijgen te veel mensen het label van autisme terwijl ze echt niet in aanmerking komen voor die diagnose. Sommige zogenaamd autistische kinderen hebben wel een hoog inlevingsvermogen, of bij sommigen verdwijnt het ‘autisme’ plots. Er worden nog te veel verkeerde diagnoses gesteld. Zowel op het vlak van de foute ‘andere’ diagnoses als op het vlak van mensen die foutief met HSP worden omschreven.
Dit geldt ook voor hoogbegaafd – autisme. Het goed maken/invullen van een test is nog een behoorlijke uitdaging voor mensen die een slecht zelfbeeld hebben en niet weten dat dit wel eens te maken zou kunnen hebben met hoogsensitiviteit of hoogbegaafdheid. Wat beide geen stoornis is. Hoewel ik ook autisme geen stoornis vind, maar een andere manier van verwerking van prikkels vaak in combinatie met een andere manier van ontwikkelen (cognitief eerst en daarna sociaal-emotioneel). En hierin kun je eventueel een combi van autisme met hoogbegaafdheid vinden.
HSP’ers staan altijd klaar voor anderen en verloochenen daarbij zichzelf. Ze hebben het moeilijk om hun grenzen te bewaken, maar ook om zichzelf te beschermen tegen misbruik. Nee zeggen is elke keer weer een uitdaging. We zien dat veel HSP’ers zich gemakkelijk voor de kar van iemand anders laten spannen, en daar weinig voor terugkrijgen. Waarmee ik niet wil zeggen dat elke hoogsensitieve vrouw per definitie een gemakkelijk slachtoffer is.
HSP’ers hebben in regel een hoog inlevingsvermogen, maar dat betekent niet noodzakelijk dat ze automatisch de zorg voor andere mensen willen opnemen. Iemand met HSP vertrekt vanuit de gevoelens en gedachten van de ander, met andere woorden vanuit hun achtergrond, cultuur, mentaliteit, persoonlijkheid, opvattingen, dromen enzovoort. Het is dus géén projectie van de eigen gevoelens en gedachten, geen ‘Wat-zou-ik-doen-in-zo’n-situatie?’ Je zou het ook kunnen zien als het verschil tussen invoelen versus meeleven. Elke HSP’er voelt zich sterk in de situatie van de ander in, maar zal daarom niet noodzakelijk emotioneel met hem meeleven. Uit: https://www.lannoo.be/sites/default/files/books/issuu/9789401426695.pdf
Hierin zie je een verschil met autisme. Mensen met autisme zullen niet vanuit zichzelf klaarstaan voor een ander, omdat ze dit invoelende vermogen minder ontwikkeld hebben. Ook hoogbegaafden staan minder automatisch voor een ander klaar, vanuit hun sterke gevoel van autonomie (‘..de ander kan het heel goed zelf, als die hulp nodig heeft zal die dat vragen’). Hierin zit dus een duidelijk verschil tussen autisme en hoogbegaafdheid. Wanneer degene klaarstaat op het moment dat deze duidelijk ziet (naar eigen beoordeling) dat de ander het echt nodig heeft, is er geen sprake van autisme. Mensen met autisme zien de hulpvraag niet, hen moet je erom vragen.
HSP’ers hebben geen zesde zintuig, ze hebben met hun vijf zintuigen al meer dan de handen vol. Wat wel waar is: de informatie die via die zintuigen bij hen binnenkomt, wordt op een andere, diepere manier verwerkt. Daardoor merken ze soms subtiele verschillen of patronen op: een schilderijtje dat op een andere plek hangt, een goede vriend die stiller is dan gewoonlijk...
Smaken, geuren, geluiden, bewegingen, kleuren, vormen, de sfeer in een groep: het komt allemaal veel sterker binnen bij een HSP’er. Dat is volgens Schmidt (2007) niet zozeer omdat HSP’ers betere zintuigen zouden hebben, maar vooral omdat ze de informatie die binnenkomt in de hersenen grondiger en nauwkeuriger verwerken. Het betekent dus niet dat een HSP’er over bovennatuurlijke krachten beschikt. Zij kunnen tot nader order geen uv-licht zien, ultrasone tonen horen, de toekomst voorspellen noch gedachten lezen. Uit: https://www.lannoo.be/sites/default/files/books/issuu/9789401426695.pdf
Grappig dat Daniel Siegel het zelfs over 8 zintuigen heeft:
VAN HOOF: Ik denk dat de samenleving vooral gebaat is bij het aanvaarden van de realiteit zoals ze is. Als iemand je vertelt dat hij doodongelukkig is, zou je die emotie moeten erkennen in plaats van het probleem weg te redeneren. Dat geldt voor mensen met borderline, voor mensen met hoogsensitiviteit, voor mensen met hoogbegaafdheid, en voor elke mens die het soms moeilijk heeft. Niet over het probleem heen stappen, maar ernaar luisteren en het erkennen, dáár heeft de samenleving behoefte aan. Ik geloof dat de maatschappij issues heeft die ons parten beginnen te spelen. En je zou kunnen zeggen dat mensen met een potentieel verhoogde kwetsbaarheid, zoals hoogsensitieven, de kanaries in de kolenmijn zijn. En de kanaries vallen.
Hier ben ik het volledig mee eens. Ik wil daar graag aan toevoegen dat iedereen die zich niet gehoord, gezien of begrepen voelt een verhoogde kwetsbaarheid heeft. Wat kun je in zo’n geval doen? https://www.begripdoorinzicht.nl/zelfhulp/korte-oefeningen/80-emoties
Een samenvatting van het interview van Guus Zijlstra met Rianne van de Ven.
Rianne van de Ven is als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de Vrije universiteit van Brussel waar zij, samen met HSP expert Elke van Hoof, doceert aan HSP professionals. Rianne van de Ven is expert op het gebied van hoogbegaafdheid en hoogsensitiviteit. Vanuit deze hoedanigheid is zij ook voorzitter van het instituut hoogbegaafdheid volwassenen (IHBV).
Dat hoogbegaafdheid en hoogsensitiviteit vaak hand in hand gaan is voor velen inmiddels bekende kost. Zo’n 2 tot 3 % van de bevolking is hoogbegaafd. Uit eerder onderzoek weten we dat veel hoogbegaafden ook hoogsensitief zijn. Is een HSP dan ook vaker hoogbegaafd en hoe komt dat dan, wat zijn de verschillen?
Ik, als extraverte hoogsensitieve, hoogbegaafde, herkende me niet in het beeld dat werd neergezet door Elain Aron, van de langzame introverte hsp. Omdat ik ook binnen de wereld van de extraverte hsp tot de minderheid behoor, heb ik ook daar nog wel een behoorlijke zoektocht in gehad.
Aanvullende uitleg: 20 % van de bevolking is HSP, daarvan zijn er 70% rustzoeker en 30% sensationseeker en dat is weer uit te splitsen in introvert en extravert.
https://www.hsptraining.nl/wp-content/uploads/2016/03/Soorten-HSP.pdf
Leuke aanvullingen hierbij over introversie én over conceptueel denken op Facebook
en Video op Facebook: We hebben meer Yin – Yang balans nodig
Wij, IHBV, zien hoogbegaafdheid als een set van kenmerken waar mensen zich in meer of mindere mate in kunnen herkennen. Een hoge intelligentie maakt hier zeker deel van uit maar is het niet alleen. Het is meer dan alleen een hoog IQ. Welke andere kenmerken daar bij horen verschilt per wetenschappelijke theorie. In NL werken we heel erg met het ‘DELPHI’ model voor hoogbegaafdheid. Dit model beschrijft leeftijdsonafhankelijk een aantal kenmerken die wijzen op hoogbegaafdheid. In woorden: ‘Een snelle en slimme denker die complexe zaken aan kan, een autonoom, nieuwsgierig, gedreven van aard, sensitief en emotioneel mens. Intens levend en hij/zij schept plezier in creëren’. Ik zeg altijd als mensen het woord hoogbegaafd niet willen gebruiken kun je prima uit de voeten met de beschrijving: ‘Creatief, snel, intens en complex’. Die laatste 4 woorden vatten het voor mij goed samen.
Ik denk dat het IQ stuk het verschil maakt tussen hoogbegaafdheid en hoogsensitiviteit. Uit het onderzoek van Elke van Hoof komt ook naar voren dat 87% van de hoogbegaafden ook hoogsensitief zijn. Hoe het precies zit weten we helaas nog niet helemaal. Dat er veel overlap is is duidelijk, maar ik zie ook wel duidelijk verschillen. Dus op het aspect snelheid en complexiteit, dus echt het koude IQ stukje, dat maakt het onderscheid….
Ook in het meelopen met de groep is er volgens mij een verschil. Een hoogbegaafd iemand zal zich niet zo snel wat aantrekken van de groep waar een HSP’er juist erg gevoelig is voor groepsdruk en kan gaan ‘pleasen’. Wellicht is de autonomie bij HSP minder sterk in vergelijking tot bij de hoogbegaafde….
Terug naar de relatie tussen hoogsensitiviteit en hoogbegaafdheid, waar Elke van Hoof het waarnemen en verwerken, en reageren (responsiviteit) als tweepoot beschouwt denk ik dat we deze als driepoot moeten beschouwen. Dus het waarnemen, verwerken en vervolgens reageren. Als we van de tweedeling een driedeling maken kunnen we een hoop psychosociale problemen, zoals autisme, sensorische integratie etc. beter benoemen, vermoed ik. Dit zit namelijk allemaal in de verwerkingsproblematiek. Als je dit trekt naar de eigenschap van hoogbegaafdheid, die zit ook met name in de snelheid van het verwerken van informatie. Dit gaat veel verder dan bij de HSP waar het zogenaamde ‘pause and check’ principe vertragend werkt bij de verwerking. Ook in de zogenaamde responsiviteit herkennen veel hoogbegaafden zich niet in vergelijking tot HSP’ers. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat juist die snellere informatieverwerking van hoogbegaafden voorkomt dat deze snel overprikkeld raken. Juist het aspect van overprikkeling wordt niet altijd herkend door hoogbegaafden. Dit is helaas allemaal nog op aannames gebaseerd vanuit mijn ervaring als coach en de vele gesprekken die ik met verschillende mensen heb gevoerd. Onderzoek moet dit allemaal nog bevestigen.
Dit is ook mijn ondervinding. E.e.a. is ook wel afhankelijk van de integratie op meerdere gebieden. Daarover schrijft Daniel Siegel: https://www.scriptum.nl/wp-content/uploads/2013/01/HethelebreinHethelekind_inkijk.pdf Hierin worden er 6 beschreven. In de andere boeken heeft hij het over de 8 domeinen en de 9e is de overstijging daarvan.
Te weten: bewustzijns-, geheugen- en zijnstoestandenintegratie en horizontale, verticale, narratieve, interpersoonlijke en temporele integratie.
Mindsight Daniel Siegel via books.google.nl
Nav zijn boek ‘Mind’ heb ik geschreven: Verbinding zorgt voor meer integratie
Nav zijn kennis in combinatie met andere kennis heb ik geschreven: Integratie of chaos rigiditeit
Volgens Aron en Van Hoof is diepgaande verwerking de kerneigenschap die HSP definieert. Het vervolgens verwerken volgens het principe van ‘pause and check’ ontbreekt als ik jou goed begrijp bij hoogbegaafden?
Niet helemaal, ook het ‘pause and check’ principe gaat veel sneller bij hoogbegaafden. Snelheid van denken is een onderdeel van intelligentie. Ik denk dat heel veel hoogbegaafden en HSP’ers die geen hoog IQ hebben tot dezelfde conclusies kunnen komen met wat betreft ze hebben waargenomen. Alleen zal die hoogbegaafde dat proces veel sneller hebben doorlopen. Waardoor een hoogbegaafde in de sociale context eerder kan reageren dan een HSP. Daarom zou ik heel graag in dat verwerkingsstukje, dus niet alleen de diepte, ook de component snelheid willen meenemen. Pas dan kunnen we beide eigenschappen goed onderscheiden. In het uiteindelijk resultaat van de verwerking zie ik bij HSP dezelfde diepgang als bij hoogbegaafden.
Hierin verschilt hoogbegaafdheid en hoogsensitiviteit, maar heeft hoogsensitiviteit en autisme een overeenkomst in gedrag t.o.v. de sociale context.
Mannen kloppen in de praktijk niet aan voor hulp op basis van hun kwetsbare kant maar op basis van een hoge intelligentie. Bij mij kunnen ze uiteindelijk wel gevoelig zijn, maar dit komt dan op de tweede plaats. De emotionele kant vinden wij in de westerse wereld nou eenmaal vrouwelijk. De koude analytische, ratio kant vinden wij traditioneel mannelijk. Heel veel hoogbegaafde mannen die bij mij komen hebben veel vrouwelijke energie. Heel veel hoogbegaafde vrouwen kennen ten opzichte van andere vrouwen juist veel mannelijke energie. Zijn dus analytischer, goed in problemen oplossen. Hierdoor worstelen zij met gendergenoten en niet met IQ genoten.
Er is wel eens gesuggereerd dat autisme een meer mannelijk brein vormt. Daarnaast is het cultureel ook een dingetje om als vrouw analytisch te zijn. Hoogbegaafde mensen zijn minder gevoelig voor dit soort ‘wenselijke gedragingen’. Daarnaast kan door de verhoogde intelligentie het analytische gedeelte van het brein dieper ontwikkeld zijn (meer neurologische paden afgevuurd).
Waar kun jij je nog enorm over opwinden als het gaat om hoogbegaafdheid of hoogsensitiviteit?
Twee dingen, de afwezigheid van inclusie in onze maatschappij. Alles moet een label hebben. Alles moet aan de norm voldoen. Maatschappelijk kan ik daar heel erg slecht tegen. Ouders van hoogbegaafde kinderen die moeten vechten om passend onderwijs voor hun kind te krijgen. Eerst moet dat label op het voorhoofd worden geplakt om het kind in zijn behoeften te voorzien. Pas als je als ouder kan bewijzen dat je kind een IQ heeft van 130, dan pas kun je naar een plus klas. Onderwijs kijkt helemaal niet meer naar het kind maar naar de diagnostiek. Met hoogsensitiviteit gaat het volgens mij dezelfde kant uit. Er schuilt een gevaar in dat er een ‘fixed mindset’ ontstaat, waardoor iemand kan zeggen dat ie iets niet kan omdat ie nou eenmaal hoogsensitief is…We moeten dus veel meer terug naar de onderliggende behoefte in plaats van het labelen van het gedrag. Zodat mensen wordt geleerd zichzelf te reguleren. We zijn nu juist een hulpeloosheid aan het creëren. Ik noem het ook wel het ontbreken van persoonlijk leiderschap op deze wereld, we creëren hiermee slachtoffers en Calimero’s. Ik wil het leed niet bagatelliseren maar als je er eenmaal van bewust bent dan kun je er iets mee. In dat proces zie ik mensen nog wel eens blijven hangen.
Hier ben ik het helemaal mee eens. Ik schrijf veelvuldig over het stoppen met oordelen én labelen en het starten van het delen van kennis omtrent van hoogbegaafdheid. Nu kan ik daar ook hoogsensitiviteit aan toevoegen.
Uit: https://guuszijlstra.nl/interview-rianne-van-de-ven-over-hoogbegaafdheid-en-hoogsensitiviteit/
Het ‘out of the box denken’, is nog niet benoemd. Dat mogen jullie zelf lezen op: Hoogsensitieve personen zijn sterk in contextonafhankelijk denken (creatief denken). (Aron et al., 2010)
https://pieteroffermans.nl/bestaat-hoogsensitiviteit-echt/
Dit wordt gedaan door zowel HS en HB mensen en niet door mensen met autisme.
Voordat we overstappen naar de uitleg van hoogbegaafdheid, wil ik kort stilstaan bij perfectionisme. Wat zeker ook veelvuldig voorkomt bij mensen die hoogsensitief zijn. Wat gebeurt er?
Wanneer er bij informatie meer activiteiten zijn in het brein en het diepgaander verwerkt wordt, dan mag je ervan uit gaan dat ‘er zeer goed over nagedacht is’ echt letterlijk zo is. Door deze diepgaande verwerking komen fouten veel minder voor. Voor iemand met HS of HB, betekent dit dat wanneer ze een fout maken, ze blijkbaar iets gemist hebben. Dat kan kennis zijn, maar wanneer dat een verwerkingsstap in het brein is, dan is dat voor hen moeilijker te accepteren. Het gaat er dus niet om dat ze ‘moeite’ hebben met fouten maken, maar dat het voor hen moeilijk is om fouten te maken. Dat betekent niet dat ze geen fouten maken ?. Tijdens de nascholingsdag is dit zo benoemd en die kan ik ook vanuit ervaring van cliënten snappen.
Een samenvatting uit: ‘Hoogbegaafdheid een gave of vergiftigd geschenk? Van dr. Tessa Kieboom, Centrum voor Begaafdheidsonderzoek, Universiteit Antwerpen.
Dit is puur ter informatie aanvullend op het voorgaande.
Hoogbegaafdheid bestaat uit twee luiken: het cognitieve gegeven en het zijnsgegeven
Lewis Terman geloofde dat intelligentie erfelijk was. In 1912 heeft hij een onderzoek gedaan. Zijn basisveronderstelling was dat hoogbegaafdheid het gevolg was van intelligentie alleen en dat een hoge intelligentie een garantie was voor succes. Hier vindt de mythe van de luxeproblematiek van hoogbegaafde kinderen zijn oorsprong. Naarmate de studie verder liep, heeft hij zijn basisveronderstelling moeten achterwege laten, hoogbegaafdheid is geen garantie voor succes. Hij besefte ook dankzij zijn onderzoek dat de omgeving en iemands’ persoonlijkheid een invloed hebben op hoe iemand zich ontwikkelt. Dit wekte een grote belangstelling op bij andere wetenschappers om verder onderzoek te verrichten. Om het geheel overzichtelijk te houden, weerhouden we hier de meest vernieuwende modellen.
• Het triadisch model van Renzulli (1975) bracht de eerste inzichten met zich mee waar hij naast bijzondere capaciteiten evenveel belang hechtte aan creativiteit en motivatie.
• Mönks (1985) voegde hieraan de zogenaamde omgevingsfactoren toe want persoonlijkheidskenmerken alleen zijn niet voldoende om het hoogbegaafde potentieel daadwerkelijk tot prestaties te laten komen.
• In de meest recente ontwikkelingen op het vlak van hoogbegaafdheid wordt nog een stapje verdergegaan onder de vorm van het multifactorenmodel van Heller (Drent & Van Gerven, 2000). Het model is als het ware een synthese van de hoger aangegeven modellen enerzijds en de theorie over de meervoudige intelligentie van Gardner (1983) anderzijds.
Vernieuwend aan het model van Heller is dat hiermee niet alleen kan worden verklaard waarom de succesvolle hoogbegaafde uitzonderlijke prestaties kan neerzetten maar ook waarom andere hoogbegaafden dat dan weer niet realiseren.
De manier van zijn kan niet door een intelligentietest worden gemeten maar bepaalt wel mee het functioneren van de hoogbegaafde leerling. Deze vaststelling vraagt enige toelichting en daarom werden hierna de meest ingrijpende zijnskenmerken van hoogbegaafdheid uiteengezet.
1. Perfectionisme → faalangst
2. Rechtvaardigheid
3. Hypergevoeligheid
4. Kritische ingesteldheid
Dit overzicht probeert aan te geven dat hoogbegaafd zijn meer inhoudt dan intelligentie alleen. Een hoogbegaafd kind detecteren betekent bijgevolg ook dat de zijnskenmerken eveneens een rol moeten spelen in dit gegeven. Het is precies deze manier van zijn die er mee verantwoordelijk voor is dat hoogbegaafde leerlingen zich opgevangen en (h)erkend voelen in de kangoeroeklas!
Kenmerken van hoogbegaafdheid (deze lijst is een opsomming van frequent voorkomende kenmerken zonder de bedoeling te hebben exhaustief te zijn.)
• Ongewoon goed ontwikkeld geheugen
• Bewust van leven en dood
• Leer-en nieuwsgierig
• Concentratievermogen
• Vroegtijdige taalontwikkeling
• Uitgesproken wiskundig inzicht
• Gevoel voor humor
• Diverse interesses
Daarnaast zijn er diverse profielen van hoogbegaafde leerlingen:
• Profiel I de succesvolle leerling
• Profiel II de uitdagende leerling
• Profiel III de onderduikende leerling
• Profiel IV de dropout
• Profiel V de leerling met leer en/of gedragsproblemen
• Profiel VI de zelfstandige leerling
4. Onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen (wanneer je dit wilt lezen klik dan op de link achter 'Uit:', onder dit stuk)
5. Sociaal-emotionele ontwikkeling
Bij het gevoel voor humor als mogelijk aangegeven kenmerk van hoogbegaafdheid kan een link worden gelegd naar de sociaal-emotionele ontwikkeling van hoogbegaafde jongeren. Het moet immers erg zijn dat je als jongere vaststelt dat je aan je leeftijdsgenoten niet de grap kan vertellen die je zelf heel geweldig vindt gewoon omdat ze er de essentie niet van begrijpen. Deze situatie is bovendien moeilijk voor beide partijen. Hij die de grap vertelt, stelt vast dat het geen succesvolle onderneming is terwijl zij die de grap moeten aanhoren er de plot niet van zien. Dit leidt tot een ernstige communicatiestoornis. Alleen staat de verteller van de grap heel zwak want hij staat alleen en de groep is samen sterk. In zijn vrije tijd stelt diezelfde jongere daarentegen vast dat hij deze grap aan ouderen wel kan vertellen en dat ze heel goed wordt gevonden. Dit heeft tot gevolg dat deze jongeren zich vaak gaan terugtrekken bij leeftijdsgenoten en juist wel hun echte manier van zijn laten merken bij oudere kinderen en volwassenen. Geen wonder dat deze jongeren onzeker worden op de schoolbanken over hun sociaal-emotioneel functioneren. Wanneer er bovendien regelmatig wordt aangegeven dat ze zich beter zouden aanpassen aan de rest van de groep dan voelen ze zich helemaal onbegrepen.
Om een optimale sociaal-emotionele ontwikkeling te kunnen doormaken, is het van belang om contact te leggen met ontwikkelingsgelijken. Voor hoogbegaafde kinderen zijn deze vaak niet de leeftijdsgenoten maar wel ouderen.
In het kader van de verschillende leeftijden van ontwikkeling bij autisme, een video van Martine Delfos die hier over verteld: https://www.facebook.com/ingeburgerhof/videos/801377380033349/
De manier waarop hoogbegaafde kinderen vriendschap reeds op jonge leeftijd invullen is sterk afwijkend van de anderen. Vaak voelen ze zich door hun omgeving dan ook onbegrepen wanneer deze niet op een adequate manier op deze vooruitlopende vriendschapsgevoelens reageert. Zij voelen dit aan als eigen falen waardoor hun zelfbeeld weerom een deuk krijgt.
De meest voorkomende verwachting die hoogbegaafde jongeren naar volwassenen toe hebben ligt in de termen vertrouwen en respect. Beide worden hoog in het vaandel gedragen en reeds van zeer jonge leeftijd verwachten zij van volwassenen dat zij zeer vertrouwens- en respectvol met hen omgaan. Voor ouders is het niet altijd even makkelijk dit verwachtingspatroon van hun kind degelijk en tijdig in te schatten waardoor zij vaak evolueren tot moeilijk opvoedbare kinderen.
Uit: http://www.hoogbegaafdvlaanderen.be/downloads/syllabusHoogbegaafdheidCBO.pdf
https://www.facebook.com/ingeburgerhof/photos/a.360170337487391/952094934961592/?type=3&theater
Dit geldt dus ook voor de hoogsensitieve mens en de introverte mens. Wat nu als je alle drie bent??? Want dat kan ook nog.
Via google books zijn heel veel boeken gedeeltelijk te lezen:
Meer dan intelligent
https://www.facebook.com/ingeburgerhof/posts/856924274478659?__tn__=-R
Duidelijk is dat hoogbegaafdheid een talent is dat ook ontwikkeld en begeleid moet worden. Maar door het anders-zijn en anders-denken, komen hoogbegaafden vaak problemen tegen. Die valkuilen, barrières of hindernissen worden in het boek ‘embodio’s’ genoemd, een term die niet meteen terug te vinden is in de dikke Van Dale. De reden waarom voor een ongekend woord als embodio is gekozen en niet voor valkuil of hindernis, is me niet echt duidelijk. Het lijkt in eerste instantie wat raar om die term te gebruiken, maar naarmate je meer in het boek leest, wordt het wel wat vertrouwder. Dit hoofdstuk geeft een mooi overzicht van verschillende valkuilen waarin hoogbegaafde jongeren en volwassenen kunnen trappen. Uit: https://hoogbloeier.be/meer-dan-intelligent/
Een compact overzicht van bovenstaande uitleg staat op: https://www.hetabc.nl/wp-content/uploads/2018/04/Keynotelezing-Tessa-Kieboom.pdf
Ook erg inzichtgevend: Tijl Koenderink: IQ van 145 maar hij kan zijn kamer nog niet opruimen - Hoe kan dat?
https://www.youtube.com/watch?v=5HRz_za_gQ0
Het aparte is dat er vanuit hoogsensitiviteit wordt aangegeven dat het alleen gaat over dieper verwerking én een slecht functionerend filter in het brein voor alle prikkels, waardoor de overige kenmerken die Aron schreef onder de noemer vallen van ‘gevolgen van’.
Bij hoogbegaafdheid wordt dit heel anders belicht. Waarschijnlijk nog niet wetenschappelijk bewezen en daardoor nog wat bloemig.
Geen idee! Hoe het ook zij, ik hoop dat je door dit te hebben gelezen een beter beeld hebt van HSP-HB-ASS, de verschillen en overeenkomsten ervan en waar die mee te maken hebben. Misschien geeft dit inzichten voor jezelf en misschien kan het inzichten geven voor een ander.
Ik wens je veel vertrouwen op je eigen wijsheid.
17 oktober 2018